4 mei
Tolerantie als basis voor menselijkheid?
Herdenken is het zoeken van een verhouding tot de eigen geschiedenis. Het aangaan van een kritische beschouwing die leidt tot introspectie en het vermogen het heden te analyseren op basis van (hernieuwde) inzichten uit het verleden. ‘Verzoening met het verleden kan niet zonder openheid’ (Guido Knopp).
Nederlanders stonden bekend om de deugd van tolerantie door de eeuwen heen. Nederland was toevluchthaven voor onderdrukten en uitgestotenen. Als de handel door kon gaan was iedereen welkom, ongeacht geloof of levensovertuiging.
Wat ging er mis rond en in de Tweede Wereldoorlog dat onder de bevolking relatief weinig verzet kwam tegen de vervolging van de joodse Nederlanders. Was er bij de meerderheid zo weinig zelfbewustzijn over de dreiging van het fascisme, voerde de morele halfslachtigheid de boventoon en/of wentelde men zich in het geloof van de neutraliteit van de Eerste Wereldoorlog? Waren de elites en overige Nederlanders overwegend passief en leefden zij in ontkenning?
Dit verklaart onvoldoende waarom in Nederland ongeveer driekwart van haar Joodse burgers is vermoord, terwijl het in Frankrijk om een kwart gaat en in Denemarken om twee procent. Deze vraag lijkt alleen te beantwoorden te zijn door te kijken naar de rol van Nederlanders in deze holocaust. Niet om daar simpele etiketten als goed of slecht aan te hangen, maar om zelfonderzoek en zelfreflectie mogelijk te maken.
Nederland durfde geen partij te kiezen, vooroordelen tegen de Joodse groep leefden volop, discriminatie van de Joodse bevolking werd genormaliseerd, ambtenaren waren niet alleen volgzaam naar de Duitse bezetter, maar anticipeerden op mogelijke wensen, verschaften toegang tot gegevens van de bevolkingsregisters, politieagenten werkten actief mee aan arrestaties in tegenstelling tot bijvoorbeeld de Franse politie, de spoorwegen regelde vervoer, etc. Dit leidde tot identificatie, isolatie en deportatie van een groot deel van de Joodse bevolking.
Deze constatering doet niets af aan de waarde van het verzet, de 1 mei staking en andere vormen van protest tegen de Duitsers. Het geeft wel aan dat veel Nederlanders minder tolerant en humaan waren dan in het algemene beeld na de oorlog werd verondersteld.
Dit mag nooit meer gebeuren, is een wijze les. Maar de vraag is of die les nu in voldoende mate wordt getrokken. Hoe gaan wij bijvoorbeeld tegenwoordig om met claims van de familieleden van overleden KNIL-militairen. Worden in Nederland nog steeds groepen veroordeeld om hun religie of het gedrag van enkelingen? Klinkt de stem om intolerant optreden niet steeds vaker? Lijkt nationalisme en xenofobie niet aan kracht te winnen? Vragen waarvan het antwoord hopelijk niet in het verleden ligt.
4 mei is niet alleen het herdenken van het verleden, maar ook bedenken en durven besluiten wat menselijk is in het hier en nu!