Buitenreclame
Verrommeling, vercommercialisering en individualisering van de binnenstad door buitenreclameReclame heeft in het centrum een belangrijk aandeel in de verstoring van een rustig straatbeeld. Daarom is het niet opmerkelijk dat hier in de politiek al jaren over wordt gedebatteerd. Zo is er gemeentelijk beleid geformuleerd om onwenselijke reclame terug te dringen, een verbod op bewegende beelden gekomen en worden de regels over steigerdoekreclame aangepast. Daarnaast zijn er beperkingen opgelegd wat betreft muziek in de openbare ruimte en het tracken van mensen via hun smartphone.
Inherent aan deze kwestie speelt de discussie over het toe-eigenen van de publieke ruimte, en mogelijke maatregelen hiertegen. Want van wie is de straat eigenlijk? En hoe beschermen we onszelf tegen een verdere vercommercialisering van het centrum?
Om het beleid te actualiseren heeft het college van B&W een zogenaamd ‘Kader Buitenreclame’ opgesteld. Maar in hoeverre helpt dit in het tegengaan van de ‘verpretparkisering’?
Natuurlijk is een aanscherping van het beleid van belang bij de voortdurende groei van reclamevormen. In het beleidsplan worden de verschillende vormen van buitenreclame opgesomd, van grenzen voorzien en eventueel afgebouwd. Denk aan billboards, reclamemasten, abri’s, mupi’s (de vrijstaande verlichte reclamedragers), voertuigen, winkelreclames, schuttingen, vlaggen, enzovoorts.
Echter zijn de nieuwste ontwikkelingen hier nog niet duidelijk in opgenomen. Het klassieke passieve reclamebord is al lang geleden grotendeels vervangen door een groot dynamisch beeldscherm dat beelden toont die elkaar snel kunnen afwisselen. Vandaar de pogingen om de afleidende bewegende beelden terug te dringen.
Kijk goed om je heen en je ziet niet een paar, maar vele honderden beeldschermen met steeds wisselende informatie: informatieborden, automaten, de hoeveelheid op smartphones turende mensen daargelaten. Al die grafische computerschermen kunnen met meerdere boodschappen tegelijkertijd de aandacht trekken van mensen in de openbare ruimte.
Alleen grenzen stellen aan bewegende beelden op zich is wat ons betreft dus onvoldoende. Het gaat erom of in de gehele openbare ruimte beeldschermen gezamenlijk de aandacht opeisen en een rustig straatbeeld verstoren.
Want we hebben nog niet eens benoemd dat deze apparaten onderling gegevens uitwisselen via het internet. Sensoren volgen mensen in de openbare ruimte en kunnen op ieder individu afgestemde reclameboodschappen presenteren. Plotseling tingelt dan je telefoon, alleen omdat je net een bepaald gebied bent binnengewandeld. De verlichting verandert van kleur en geluiden trekken de aandacht om specifiek jou te bereiken.
Misschien heb je het tot nu toe nog niet zo ervaren, maar er wordt aan gewerkt en straks overdondert een bijna onzichtbare techniek je met reclameboodschappen van “hierheen, hier moet je zijn, dit is belangrijk voor je!”. Deze commerciële individualisering, een dubbel negatieve ontwikkeling, moeten we voor zijn.
Nelson Addo & Wout Ros